Dat ik niet goed genoeg ben
En hard moet werken om er te mogen zijn
Want nu ik mezelf goed genoeg ken
Weet ik; je houdt jezelf onnodig klein
Wat een ander van me denkt
Want vaak zijn dat stemmetjes in je hoofd
En als je er minder aandacht aan schenkt
Worden ze vanzelf stiller of gedoofd
Dat ik iets niet kan maken
En stel mezelf op de eerste plek
Want als ik de ander graag wil raken
Zonder mezelf te kunnen zien is dat gek
Dat ik er altijd bij moet horen
En daarom iets doe wat niet bij me past
Iedereen is als uniek mens geboren
Juist daar respect voor hebben is gepast
Dat ik de rust moet verdienen
En eerst extra hard moet werken
Dat zal alleen het ego dienen
Maar mijn eigenwaarde niet versterken
Dat ik altijd wil weten en horen
Dat iedereen me goed en leuk vindt
Want juist dat zal het lijntje verstoren
Waarmee ik met mezelf verbind
Dat gevoelig zijn niet stoer is
Dat kwetsbaarheid er niet mag zijn
Dat we dat leerden is echt een gemis
Ook zonder die hoge muren is het fijn
Dat ik altijd moet vechten
Voor alles waarmee ik ben gestart
Ik zal alleen nog daaraan hechten
Wat ik echt voel met een ‘ja’ in mijn hart
Dat alles mooier en beter moet
Te dik, te langzaam, te rond, te traag
Mooi is mooi en goed is nu echt goed
Ik trek mezelf niet langer omlaag
Dat het snel moet en neem de tijd
Want de mooiste planten en sterkste bomen
Raken ieder jaar hun bladeren kwijt
Om daarna weer prachtig in bloei te komen
En weet dan mezelf beter te vinden
Ze noemen het wel ‘mijn innerlijk vuur’
Want door los te laten kan ik verbinden
“Met mij”; mooi mens, uniek en puur!